Duurt te lang

Vandaag was ik op de Veluwe om samen met mijn zwager een dikke twintig kilometer te rennen ter voorbereiding op onze challenge. Tijdens het rennen zei mijn zwager, weet je waarom dit duursport heet, omdat het een “duurt te lang sport” is. We moesten er samen om lachen. Maar in gedachte ging het verder. Allereerst kwam de vraag waarom doen we dit dan? Maar die vraag had ik voor mijzelf snel beantwoord en kwam ook niet veel later in ons gesprek terug. Gewoon even twee uurtjes buiten in de natuur, door de bossen, even weg van alle prikkels, de benen het werk laten doen en genieten. Als tweede pakte het meteen door naar het leven, duurt te lang…

De eerste paar weken van januari zijn alweer voorbij. De tijd is zo’n vreemd fenomeen, het gaat altijd maar door in het zelfde ritme, over duur gesproken. Toch zijn er soms dingen in het leven die maar niet voorbij lijken te gaan. Van die duurt te lang dingen. Die net als van die kleine stukjes statische piepschuim telkens aan vast blijven kleven. Die het gevoel geven dat de tijd in een keer lijkt te vertragen. Die telkens overal weer tevoorschijn komen. Dat als ik het erover heb of aan denk, meteen het gevoel geven van het duurt te lang.

De challenge die we gaan doen, is nog een 10 kilometer langer als de afstand van vandaag. Waar we vandaag een mooie afwisselende omgeving hadden door de bossen en over de heide, zal de challenge over het strand gaan van Vlissingen naar Vrouwenpolder. De kilometers strand geeft nog extra dimensie aan de challenge. Dat is echt een mind game. Dan kan het zeker lang duren voordat het stipje bij de horizon bereikt is, omdat de horizon zover rijkt. Het lijkt dichtbij maar eenmaal in beweging is het toch zo ver weg.

Het is net zoals het leven nu gaat, ik schrijf niet vaak in wij vorm, maar in het leven van nu worstelen we zichtbaar allemaal met een element. De pandemie, iets wat ik heb genegeerd in mijn schrijven de afgelopen tijd, maar het beeld van hierboven bracht me er toch op. Het einde van deze pandemie is namelijk als dat stipje wat zichtbaar op de horizon. De route ernaartoe is opgeschreven, nu we in beweging zijn lijkt het toch zover weg. Een mind game. De ene keer is het als lopen door mul zand, traag en stroperig, dan zijn er weer de harde stukken strand die door het wegtrekkende water tevoorschijn zijn gekomen en zit er weer meer tempo in.

Tijdens de challenge zit er een knik in de horizon, dat is ongeveer op de helft bij Westkappelle, het meest westelijkste stukje van Walcheren. Afhankelijk van de wind wordt de laatste helft dan zwaar of nog zwaarder. De benen zullen dan al langzaam zijn volgelopen. De stip aan de horizon is verplaatst en de focus gaat naar de laatste gedeelte van de tocht. Ik weet zeker dat dan de woorden van de gids op weg naar de top van de Mont Blanc zullen resoneren in mijn hoofd, eerst je linkervoet, dan je rechter voet…. Zolang ik in beweging blijf zal ik dichter bijkomen.

In beweging blijven in het leven, al zeggen alle stemmetjes in mijn hoofd dat het een duurt te lang ding is. Al is de denkbeeldige stip op de horizon zichtbaar maar toch nog zover weg of nog lastiger in een keer 90 graden verplaatst. Toch met iedere stap die ik zet, kom ik dichterbij. Met iedere stap die ik zet verandert de omgeving. Met iedere stap die ik zet, ben ik weer verder dan waar ik was.