Woorden van het openingsweekend

Het openingsweekend is vandaag aan haar tweede dag toe. Voor veel ploegen is dit tweeluik van groot belang. De renners treffen elkaar voor het eerst op de wegen waar het de komende weken in de voorjaarsklassiekers allemaal moet gaan gebeuren. Aan het einde van het weekend wordt al meer bekend hoe de kaarten geschut zijn. Wie de winnaars zijn en wie de verliezers. Er wordt gemeten, gewogen en trainingsschema’s worden aangepast. Wanneer het niet ging als verwacht, wordt gezocht naar oorzaken waarom de vorm nog niet is wat het had moeten zijn. Voor mij persoonlijk is het weer genieten om na een mooie tocht of op een druiligere zondagmiddag de tv aan te zetten en naar de Vlaamse commentatoren op de Belgische televisie te luisteren. Het mooie aan deze commentatoren is dat ze renners nooit afschrijven, ze praten met zoveel respect over de mannen in de koers. Deze positieve en opbouwende houding laat dan toch een beetje het zonnetje doorbreken. Wat ik ook altijd zo mooi vind is dat ze met zijn tweeën ongestoord uren achter elkaar door kunnen praten. Iedere keer weer mooie nieuwe inzichten in de koers. Vaak ook met speciale fietswoorden om een gevoel van de kijker of een emotie te uiten die de renners doormaken.

Vanochtend in de kerk hadden we een Vlaamse spreker. Zijn manier van praten deed me alweer verlangen naar de koers in de middag. Maar het was niet alleen de manier waaróp hij zijn woorden uitsprak, maar juist ook de woorden dié hij sprak. Woorden van verlangen. Verlangen om onderling vriendelijk en barmhartig met elkaar om te gaan, je vergevingsgezind op te stellen en vooral woorden te spreken die goed en nuttig zijn en tot opbouw dienen. Woorden hebben naast dat ze kracht hebben om op te bouwen, ook veel kracht om af te breken. Mijn woorden bepalen voor een groot gedeelte het zelfvertrouwen van mijn zoon. Het bepaalt voor een groot gedeelte hoe mijn relatie met mijn vrouw is. Het bepaalt voor een groot gedeelte hoe mijn relaties op het werk zijn. Woorden bepalen veel.

Toen ik heel wat jonger was zijn mijn ouders veel verhuisd en ik met hun mee. Ik moest op veel plekken opnieuw vrienden maken en ik heb me toen vaak veel stoerder gedragen dan ik was en ben. Ik leek op een kameleon en paste mijn gedrag en woorden aan op de omgeving. Ik was niet mijzelf, maar datgene wat ik dacht dat de omgeving van mijn verwachte. Bij opbouwende woorden was het dan ook moeilijk om deze opmijzelf te betrekken. Als nieuweling erbij willen horen is niet de beste uitgangspositie. Helaas zijn er ook veel negatieve woorden tegen mij gezegd die nog steeds in de spelonken van mijn brein nagalmen. Woorden waar ik nog steeds mee vecht in mijn zoektocht naar een stukje zelfvertrouwen. Het zijn ook de blauwe plekken, de triggers, wanneer anderen erop drukken, bewust of onbewust ik nog weleens de kameleon kan worden die ik niet wil zijn.

Dus waarom je focussen op de acceptatie van jezelf door anderen? De waarom kan ik zeker invullen, ik ken dat gevecht van acceptatie, dat gevecht dat je door iedereen gezien wil worden zoals je daadwerkelijke echt bent Maar het gevaar voor mijzelf aan dit gezien willen worden is ook dat ik meer geconfronteerd wordt met het niet gezien worden en misschien nog wel vervelender dat er woorden worden gesproken die weer decennia lang in de spelonken van mijn hersenen blijven nagalmen.

Voor dit weekend voor mij weer een mooie les om te luisteren naar de opbouwende woorden van onze zuiderburen. Het verlangen naar de voorjaarsklassieker en gezoem van de helikopter en motards tijdens de koers die mij laten indommelen, dromend naar de overwinning, dromend naar een wereld waar mensen louter positieve woorden naar elkaar uitspreken.

Laat er geen vuile taal uit uw mond komen, maar wel iets goeds, wat nuttig is tot opbouw, opdat het genade geeft aan hen die het horen.

Efeziërs 4:29

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.